Er zijn sterke aanwijzingen dat er gemeenschappelijke erfelijke risicofactoren zijn voor dementie en ALS. Binnen het ALS Centrum in het UMC Utrecht is een onderzoek gestart naar genen die een verhoogde kans op zowel ALS, als dementie geven.
Dr. Michael van Es, arts-onderzoeker bij het ALS Centrum, UMC Utrecht, heeft voor dit onderzoek een prestigieuze VENI-beurs gekregen van NWO, de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek.
ALS is een ziekte, die zich kenmerkt door progressieve spierzwakte doordat motorische zenuwcellen in de hersenen en het ruggenmerg afsterven. In zeldzame families komen ALS en frontotemporale dementie (FTD) samen voor. FTD is een vorm van dementie, die zich voornamelijk kenmerkt door karakterveranderingen en/of taalproblemen. Lang is gedacht dat dit slechts bij een enkele patiënt voorkwam. In de afgelopen jaren is echter duidelijk geworden dat bij ALS toch regelmatig subtiele cognitieve problemen ontstaan.
Genetische studies hebben inmiddels ook erfelijke risicofactoren gevonden die zowel betrokken zijn bij FTD als ALS. Het belangrijkste voorbeeld hiervan is het gen C9orf72 dat bij ongeveer de helft van patiënten met erfelijke ALS of FTD wordt gevonden, maar ook 5% van sporadische ALS-patiënten. Ook mutaties in andere genen (TARDBP, VCP, hnRNPA1, hnRNPA2B1 en CHMP2b) zijn betrokken bij beide ALS en FTD.
Binnen de humane genetica worden er steeds vaker genen gevonden die betrokken zijn bij meerdere ziektes. Er zijn inmiddels tientallen voorbeelden van genen die een verhoogd risico geven op meerdere ziektes, bijvoorbeeld psychiatrische ziekten, auto-immuun ziekten en neurodegeneratieve aandoeningen.
Het doel van het huidige onderzoek is om alle bekende neurodegeneratieve genen systematisch te testen voor associatie met ALS en dementie. Daarnaast zullen we proberen om nieuwe genen te identificeren voor ALS en dementie. We zullen hiervoor het DNA van grote groepen patiënten vergelijken met gezonde personen en daarbij gebruik van de nieuwste technieken (next generation sequencing) en geavanceerde statistische methoden.
Het identificeren van nieuwe genen voor ALS en dementie kan leiden tot nieuwe inzichten over hoe deze ziekten ontstaat en daarmee tot nieuwe ingangen voor het ontwikkelen van therapie.