Huishoudelijke hulp is hulp bij bijvoorbeeld het opruimen, schoonmaken en ramen zemen.
Huishoudelijke hulp bij mensen thuis valt onder de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO). Dat betekent dat de gemeente aanvragen voor (verlenging van) hulp in de huishouding behandelt en dus bepaalt of er een indicatie is. Gemeenten hebben met verschillende zorgorganisaties contracten afgesloten voor het leveren van hulp in natura. De patiënt kiest één van deze organisaties uit en de gemeente zorgt voor de verdere financiële afhandeling.
Om in aanmerking te komen moet de patiënt de huishoudelijke hulp hard nodig hebben en niet zelf kunnen betalen. De huishoudelijke hulp wordt aangevraagd bij het WMO-loket van gemeenten. De gemeente bepaalt of een patiënt recht heeft op huishoudelijke hulp in een ‘keukentafel’ gesprek, waarvoor een medewerker bij u thuis langs komt.
Mensen die geen indicatie hebben voor huishoudelijke hulp krijgen geen vergoeding van de gemeente.
Keukentafelgesprek
De patiëntenvereniging Spierziekten Nederland heeft een korte online cursus voor patiënten ontwikkeld om goed voorbereid het keukentafelgesprek in te gaan. In het keukentafelgesprek bespreekt de gemeente met de patiënt wat er nodig is aan o.a. huishoudelijke hulp en wat familie, vrienden of buren kunnen doen. Kijk op www.spieracademie.nl voor meer informatie over deze cursus.
Negatieve ervaringen met het keukentafelgesprek kunt u melden bij het meldpunt van Iederin.
Eigen bijdrage
Afhankelijk van leeftijd, inkomen en gezinssituatie vraagt de gemeente een wettelijke eigen bijdrage. Het Centraal Administratie Kantoor (CAK) berekent en int deze bijdrage. Zie voor meer informatie www.hetcak.nl
PGB
Patiënten die hulp in de huishouding willen krijgen van een persoon of organisatie die geen contract heeft met de gemeente, kunnen gebruikmaken van een persoonsgebonden budget (PGB). De patiënt ontvangt dan een bedrag van de gemeente waarmee hij of zij zelf de hulp betaalt. Hiervoor moet administratie worden bijgehouden.