Voor het project MRI-onderzoek worden MRI-hersenscans met de nieuwste techniek (Tesla 3 en Tesla 7) gemaakt van ALS-patiënten en gezonde personen ter vergelijking. De MRI-studie op het ALS Centrum wordt uitgevoerd door vijf onderzoekers en twee onderzoeksmedewerkers. De onderzoekers publiceren hun resultaten in internationale wetenschappelijke tijdschriften.
Even voorstellen
Hannelore van der Burgh is als onderzoeker in opleiding betrokken bij dit project. In haar onderzoek gebruikt ze MRI-beelden om de ziekteduur van patiënten te voorspellen. De gebruikte MRI-beelden laten de verbindingen tussen hersengebieden zien. Dit verbindingsnetwerk van alle uitlopers van zenuwcellen (ook axonen of witte stof banen genoemd) vormt het zogenaamde ‘connectoom’. Eerder onderzoek heeft aangetoond dat het ziekteverloop met dit soort MRI-beelden van de hersenen te zien is, omdat bij ALS motorische zenuwcellen in onder andere de hersenen afsterven. Hannelore gebruikt dit soort MRI-beelden om een indicatie te geven over de ziekteduur van patiënten.
Drs. Hannelore van der Burgh is onderzoeker op het MRI-onderzoek in het ALS Centrum en UMC Utrecht Hersencentrum
Ziekteduur voorspelling
Hannelore werkt aan een predictiemodel voor het voorspellen van ziekteduur bij patiënten met ALS. Eerder onderzoek heeft laten zien dat er voorspellende informatie verborgen zit in de klinische gegevens van een patiënt die door artsen wordt verzameld. Onder dit soort gegevens vallen bijvoorbeeld de leeftijd van een patiënt op het moment van de eerste symptomen en de locatie van deze symptomen in het lichaam. Hannelore werkt aan het vertalen van MRI-beelden van het connectoom naar waardevolle informatie over ziekteduur. De MRI-beelden worden gemaakt rond het moment dat de patiënt de diagnose ALS krijgt en geven op een wat meer objectieve manier al in een vroeg stadium van de ziekte nuttige informatie voor het voorspellen van ziekteduur. Een combinatie van de informatie over ziekteduur verkregen uit de klinische gegevens en uit het connectoom kan dan vervolgens gebruikt worden in één model om zo de voorspelling van het predictiemodel te verbeteren.
Het uiteindelijke doel van zo’n predictiemodel is het kunnen voorspellen van ziekteduur voor de individuele patiënt op het moment dat deze patiënt de diagnose ALS krijgt. Het predictiemodel kan dan bijvoorbeeld van toegevoegde waarde zijn in geneesmiddelenonderzoek waar patiënten met een vergelijkbaar ziekteverloop geselecteerd worden. Bovendien kan er met een predictiemodel aan een individuele patiënt die daar behoefte aan heeft meer duidelijkheid gegeven worden over zijn of haar ziekteverloop.
